STANKOVERLAST – hoger beroep ‘De Staat Gedaagd’

DE GELDERLANDER, 16-02-2025
Brabants Burgerplatform hekelt doorverwijzing stankklachten naar gemeenten: ‘Lekker makkelijk’
Dat de Nederlandse Staat burgers die last hebben van stank van veehouderij met hun klachten doorverwijst naar gemeenten, vindt het Brabants Burgerplatform iets te gemakkelijk.
In de Gelderlander staat een artikel van Dennis Greijn over het hoger beroep dat de Nederlandse Staat bij het gerechtshof in Den Haag heeft aangespannen. Het betrof een interview met Geert Verstegen van het Brabants Burgerplatform over het hoger beroep van zestien burgers die, ondersteund door het Brabants Burgerplatform, eerder de Staat hedden gedaagd vanwege de extreme stankoverlast van de intensieve veehouderij.
Alsof de neus bloedt
De Staat doet nu of zijn neus bloedt en verwijst naar de gemeenten. Maar daarbij wordt er voorbij gegaan aan het feit dat de Staat zelf de wettelijke marges heeft bepaald, waarbinnen de gemeenten op hun beurt de eigen stanknormen kunnen vaststellen. En de rechter in Den Haag heeft in een eerdere uitspraak vastgesteld dat die marges door de Staat veel te ruim zijn gesteld. Op basis van het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens, is door de rechter de maximale norm voor stank, of geurbelasting zoals de rechter dat met een mooier woord noemt, nu gezet op 19,4 oudeur. En de Europese regels gelden voor de Staat, voor de provincies en gemeenten en uiteraard ook voor de veehouders. Of ze een vergunning hebben of niet doet daarbij niet ter zake. De norm wordt overschreden.
Te veel ruimte in de wet
En hoe komt het dat veehouderijen zoveel stank mogen produceren? Nou simpelweg omdat De Staat de stanknorm in de wet die de regels voor vergunningen bepaald, te ruim heeft opgesteld. Dus naar de gemeenten wijzen heeft geen zin. Tijdens het hoger beroep ging het volgens Geert Verstegen de voorzitter van het Brabants Burgerplatform, vooral over de technische aspecten van de geurbelasting. Het verschil tussen voorgrond- en achtergrondbelasting bijvoorbeeld. Dat is het verschil tussen de stank van één bedrijf op een woning (voorgrond), die gebruikt wordt bij vergunningverlening, en de stank van meerdere bedrijven samen (achtergrond), die gebruikt wordt bij het maken van ruimtelijke plannen.
Stank is nu eenmaal stank
Maar voor de burger maakt het niet uit waar de stank vandaan komt. Je zit nu eenmaal in die stank. Volgens de advocaat van het Brabants Burgerplatform wordt het hoog tijd dat het ministerie zelf aan de slag gaat met de eerdere uitspraak van de rechtbank, in plaats van hoger beroep aan te spannen. ,,Het ministerie wentelt problemen af op individuele burgers die de pech hebben op de verkeerde plaats te wonen.” Met het oog op een positieve uitspraak van het gerechtshof, hopen Geert Verstegen en zijn medestanders op strengere geurnormen. ,,We gaan voor maximaal 5 odeur per kubieke meter. Daarmee volgen we de richtlijnen van gezondheidsdienst GGD. Dat zou mooi zijn.”
De volledige tekst kun je hier lezen – als je een abonnement het op DPG-media: https://www.gelderlander.nl/land-van-cuijk/brabants-burgerplatform-hekelt-doorverwijzing-stankklachten-naar-gemeenten-lekker-makkelijk~af82ae1f/?cb=06e1077d-7ce3-480c-bbef-fef33ab22404&auth_rd=1